zondag 24 februari 2013

50 books vraag 5

Welk boek lees je op dit moment? 

Ooit was ik een braaf meisje dat netjes een boek uitzocht en dat dan uitlas alvorens ik een nieuw exemplaar uit de kast pakte. Ik kocht ook nooit een boek voordat ik de boeken die ik had uit had. Maar ergens ging er iets mis.

In mijn tas zit "de Dagen van de bluegrass liefde" Omdat het een boek is dat precies het formaat heeft dat in mijn handtas past. En ik nu eenmaal graag boeken lees waarin homoseksualiteit een van de thema's is.
Het is geschreven door Edward van de Vendel. En dat is dan weer iemand waar ik nog nooit van gehoord heb. Maar als ik de achterkant van het boek moet geloven is hij sinds 2001 full time schrijver. Daarvoor zat hij, hoe kan het ook anders, als kinderboekenschrijver, in het onderwijs.

Hiervoor zat "Aan de andere kant van de maan" een boekje met korte verhalen van Jan de Zanger in mijn tas. Ik heb graag bundels van korte verhalen in mijn tas omdat die zo lekker weglezen in de metro. Je hoeft je aandacht dan niet zo bij een lang en ingewikkeld verhaal te houden. Iets dat ik nogal lastig vind als je maar kort achter elkaar kunt lezen.

Naast mijn bed ligt een boek van John Irving,dat echt niet in mijn tas pas,  'Een zoon van het circus', gekregen van een ex met de mededeling dat het niet om doorheen te komen is, net zoals alles van John Irving in zijn ogen slecht en niet om doorheen te komen is. Dat ben ik grondig met hem oneens. Ik heb genoten van "de Regels van het ciderhuis", "Tot ik jou vind" en "Weduwe voor een jaar". Laatst zag ik meneer Irving in zo'n programma over boeken, waar hij iets mocht vertellen over zijn laatste nieuwe, en ik kon niet anders dan blijven kijken en luisteren naar deze meneer en zijn vreemde visie op de wereld. Maar met "een Zoon van het circus" heb ook ik moeite. Ik begin er steeds aan en ontdek dan al snel een boek in mijn kast dat het eigenlijk ook verdiend om gelezen te worden. Soms zelfs in de winkel.

Dus lees ik nu ook "Gekweld" van Chuck Palahniuk, de auteur van Fight Club. Een boek (en film) waar ik nooit iets van wilde weten door de titel die me deed denken aan lompe, platte actie en geweld om het geweld. Maar toen ik ooit "Rant" voor mijn verjaardag kreeg, en daar mooie zinnen in tegen kwam als "We worden nooit meer zo jong als nu", was ik verkocht. (natuurlijk niet alleen door die ene zin, het verhaal verder is ook ijzersterk en helemaal van deze tijd te noemen).

En zo komt het dat ik nu 3 boeken echt aan het lezen ben, en zo nog een stuk of drie non-fictie boeken heb liggen waar ik af en toe eens een stukje uit lees.




zaterdag 23 februari 2013

De akkoord meneer

Kennelijk is er een tijd aangebroken om terug te kijken. Of roepen de huidige gebeurtenissen op mijn werkplek op dat dit automatisch gebeurt.

Een concurrerend bedrijf moet haar deuren sluiten. Zij en wij zitten er vanaf het begin. Nog voordat het bij wet bepaald was dat iedere school verplicht was BSO te bieden. Nog voordat op iedere straathoek nieuwe initiatieven als paddenstoelen uit de grond omhoog kwamen. Waren er zij en wij. En ging je als kind of naar ons, of naar hun. Ik had een concullega gevoel bij deze meiden. Kom ze al jaren op het schoolplein tegen. Het is dus naar dat uitgerekend zij het niet overleven. En drukt ons ook weer even met de neus op de feiten. Wij hadden het ook kunnen zijn.

Hun kinderen moeten een nieuw plekje vinden, en veel daarvan gaan naar ons. Misschien van uit de oude gedachten dat zij en wij de enige waren die bestonden. We krijgen na de vakantie 16 nieuwe kinderen. Dat is kort dag. Daarom hebben we een informatieavond om al deze ouders in een klap te informeren. Mijn collega voelt de zenuwen door haar lijf gieren. Praten voor grote groepen volwassenen vind ze toch een beetje eng. Ik voel me in mijn element. Presenteren vind ik leuk. Toch denk ik dat die zenuwen nog wel komen. Zo vlak voordat ik moet gaan praten. Dat mijn stem dan raar gaat bibberen, en dat ik veel te snel ga praten. Maar de zenuwen blijven uit.

Dan bedenk ik me het ergste wat kan gebeuren. Ooit, lang geleden, met mijn eerste intake gesprek op deze locatie was er een meneer. Op alles wat ik zei antwoorden hij met "akkoord". Mijn verhalen werden steeds enthousiaster, ik deed steeds meer mijn best. Maar ik kreeg er geen andere reactie uit dan "akkoord". Mijn gebaren werden grootser, mijn informatie uitgebreider, en de meneer keek me aan en zei "akkoord". Het was het meest verschrikkelijke intake gesprek dat ik ooit gehad heb. Je kunt het eigenlijk ook geen gesprek noemen. Ik gaf informatie en meneer was "akkoord". Het aller ergste wat er vanavond kan gebeuren is dat het hele lokaal straks vol zit met akkoord meneren bedenk ik me. En die kans lijkt me zo klein, dat de zenuwen spontaan uit blijven.

donderdag 21 februari 2013

Boemerang

Toen ik aangenomen werd in mijn huidige functie had ik het aller raarste sollicitatiegesprek ooit. Ik las de Opzij weleens en deed vrijwilligerswerk voor Oxfam Novib. Daar hebben we het over gehad. En ook nog even of ik mijn idealen ook op de kinderen overbreng. Ik antwoorden dat ik dat in beperkte mate deed. En daarmee was ik aangenomen. Van mijn toekomstige leidinggevende mocht ik best meer dan in beperkte mate mijn idealen overbrengen.

Ik paste perfect in het team dat zij zorgvuldig samengesteld had. Kennelijk werkt dat zo met rare gesprekken. Je krijgt  meteen een gevoel bij elkaar van "Ja, met jou wil ik verder. Wat ben jij een leuk mens." Dat we voor de rest van de organisatie een beetje een vreemd team waren, dat was dan maar zo.

Collega's gingen weg, mijn leidinggevende ging weg. Wat volgde was een warrige tijd waarin ik steeds nieuwe locatiemanagers en collega's kreeg die het allemaal niet langer dan een jaar volhielden. Maar wat er ook gebeurde, iedere keer als de crisis te groot werd kwam mijn eerste leidinggevende weer terug en dacht ik weer, "ja, wat ben je toch een leuk mens, kun je niet voor altijd blijven". Ergens is het heel vertrouwd dat wat er ook gebeurd, zij weer terug zal komen als een boemerang.

Gisteren zaten we wat te babbelen over de reorganisatie. Waarvan ik de eerste ronde overleefd heb, overigens. Ook in de management laag gaat er van alles en nog wat veranderen. Een ingewikkeld en technisch verhaal. Maar het komt erop neer dat zij bij ons uit diens gaat en haar functie in dienst van een groter geheel een laag boven ons zal moeten uitvoeren.  Nu zal ze nooit meer als een boemerang terug keren. En dat maakt me best een beetje verdrietig.

woensdag 20 februari 2013

Gevonden agenda

Op de stoel naast mij in de metro ligt een agenda. Nieuwsgierig pak ik hem op. Even twijfel ik, zal ik hem open maken? Eigenlijk mag dat niet, dat weet ik ook wel. Een agenda is privé, maar stel dat ik een aanwijzing vind waardoor ik hem kan teruggeven aan zijn eigenaar?

Een tijdje terug had ik een steeds terugkerende droom. Ik had boven mijn huis een geheime deur ontdekt. Mijn Oma had me verboden die te openen. (dat mijn Oma al jaren dood is weerhield haar er kennelijk niet van mij te vertellen wat ik al dan niet mocht doen). Ik luisterde niet en ging toch naar binnen. Daar vond ik dagboeken waarin ik ging lezen. Dingen die niet voor mij bedoeld waren, dingen die ik niet mocht weten. De dagboeken werden een verslaving voor me, in die dromen. Ik wist dat het eigenlijk niet mocht, maar voelde iedere keer een soort spanning. Een dorst naar de innerlijke wereld van iemand die heel dicht bij voelde. Ik kwam er nooit achter van wie de dagboeken waren. Daarvoor durfde ik niet lang genoeg te lezen.

Soms stel ik me voor hoe het zou zijn als ik mijn notitieblokje zou verliezen. Zou de vinder ervan het dan lezen? En zich daar ongemakkelijk bij voelen? Zou dat ongemak minder worden op het moment dat de vinder ontdekt dat het blog notities zijn, en dus eigenlijk bedoeld voor een publiek?

Dat soort dingen schieten door mijn hoofd als ik de agenda in mijn handen houd. Dan wint mijn nieuwsgierigheid het. Er staat niets in. Geen naam. Geen afspraken. Alleen in een van de laatste weken staat er "Praatatelier". En nog een week later staat er "wel, niet schilderen". Ik bekijk de agenda nog eens goed. 2012 staat er op de kaft.

In de agenda kijken heeft me helemaal geen antwoorden gegeven. Eerder vragen. Want wat is dat dan, een praatatelier? En wat voor een persoon heeft er in een heel jaar maar twee afspraken waarvan er een niet eens doorgaat?

Ik leg de agenda terug. In de tijd dat hij naast mij ligt zijn er zeker nog 3 mensen die hem beetpakken en nieuwsgierig doorbladeren alvorens te vragen of hij misschien van mij is. En wilde ik dat ik het gefilmd had. Want wat gaan mensen, inclusief ik, raar om met privé eigendommen als we ons ongezien wanen.

En jij? Wat zou jij doen? Met een gevonden agenda of notitieboekje?

zondag 17 februari 2013

50 books vraag 4

Van welke auteur lees je alles, maar dan ook alles wat uitgebracht wordt?

Ik geloof niet dat er een auteur is waar ik echt alles van gelezen heb. Maar er is er zeker een waar ik veel van gelezen heb, en waar ik alles van zou willen lezen.

Bij het grote publiek is ze, zeker hier in Nederland, niet heel erg bekend. Maar er is geen lesbische vrouw die niet op zijn minst heeft gehoord van haar debuut "Oranges are not the only fruit". Wat mij betreft zou het zonde zijn om het daarbij te laten. Want ook haar latere werk zoals de Passie, Op het lichaam geschreven, het Powerboek, Gut symmetrie en Vuurtoren wachten zijn meer dan de moeite waard.

Ik hou van haar bevreemdende stijl en thema's. Zoals fictie en werkelijkheid, tijd en ruimte, en (gender) identiteit. Ze weet me iedere keer weer haar wereld in te slepen die bijna magisch te noemen is. Ik bewonder het hoe haar personages bijna genderloos kunnen zijn. Dat je halverwege het boek bent en je nog steeds kunt afvragen of de hoofdpersoon nu een man of een vrouw is.

Arthur Japin noemde haar in een opsomming als een van de auteurs die hij bijna als vrienden was gaan beschouwen alleen al omdat haar boeken bij hem in de kast staan. Sinds dien wil ik ook alles van hem lezen.

Maar mijn eerste liefde blijft Jeanette Winterson. Wat zou ik haar graag eens ontmoeten. En wat hoop ik nog vaak mee gesleurd te mogen worden haar wereld in. Ik zie dat er nog twee romans van haar zijn die ik nog niet gelezen heb. Mijn geluk kan dus niet op. Snel naar de boekhandel rennen om een exemplaar van "Stenen Goden" en "Waarom gelukkig zijn als je normaal kunt zijn" te scoren.

(en op de tweede plaats komt Monika Sauwer, ook van haar wil ik alles lezen, en over haar alles weten)

Ze was jong



Ze was jong, de 30 nog niet gepasseerd.  En moeder van een kind, dat afhankelijk van haar was, terwijl  ze het liefst zelf kind wilde zijn, zelf afhankelijk wilde kunnen zijn, gekoesterd worden. Maar die tijd was over, voor zover die er al ooit geweest was. Het nest waar ze uit kwam was alles behalve veilig. En ze voelde zich als een baby vogeltje dat uit het netst gevallen was, nog niet in staat om te kunnen vliegen, maar met een overlevingsdrang die zich niets aan trok van waar ze toe in staat behoorde te zijn.  Ze was sterk. 

Hoe ze zich tot de wereld moest verhouden wist ze niet precies. Ze wilde de wereld op veilige afstand houden. Was genoeg gekwetst voor een mensenleven. Maar had ook die behoefte aan waardering, aan vaderlijke adviezen en een moederlijke arm.  Toen ze die vond reageerde ze niet happig. Ze wantrouwde de hele wereld, mensen in het bijzonder. Maar ze wisten haar vertrouwen stapje voor stapje te winnen. Zij sloten haar in hun hart en zij sloot hen in haar hart. Ze keek tegen ze op. Hun relatie was alles behalve gelijkwaardig, maar op een prettige manier. Het werden haar surrogaat ouders.  En zij speelde de rol van liefhebbende dochter. De rol waar ze zo’n behoefte aan had, de rol die ze zo goed kon vervullen. Die ze goed zou vervullen. 

Jaren gingen voorbij. Lief en leed werd gedeeld. En even leek alles goed te zijn, leek de wereld toch niet zo slecht te zijn als ze altijd had gedacht. Tot ze merkte dat hij naar haar keek met een begeerte in zijn ogen die niet hoorde bij de gevoelens van een vader voor zijn dochter. Als ze opkeek zag ze steeds vaker die priemende ogen, gluren door de heg, tussen gordijnen door, waar ze ook keek, altijd waren daar die ogen. Ze sprak er niet over, want wilde niet kapot maken wat er was. Maar bleef steeds vaker en langer weg. Tot die dag, die verschrikkelijke dag dat zijn lippen de hare zochten. Zogenaamd om haar te feliciteren. Maar nog nooit voelde ze zich minder jarig als na die verstikkende kus. Tot nu had ze gedacht dat ze het zich had verbeeld. Dat die priemende ogen niet echt waren. Ook al waren er anderen die ze ook hadden gezien. Constant op haar gericht. Haar wereld stortte in. 

Nooit meer liet ze iemand zo dichtbij komen. Nooit meer durfde ze toe te geven aan haar behoefte aan zorg. Het duurde jaren voordat ze weer mensen durfde te vertrouwen. Met horten en stoten. Ze had geleerd dat je het lijden niet uit de weg kon gaan, maar het wel dragelijker kon maken.  En dat lukte haar, ze is sterk.

zaterdag 16 februari 2013

50 books vraag 3

 Wat is jouw favoriete plek om een boek te lezen? 

Eigenlijk wilde ik hier heel artestiek foto's maken van mezelf lezend op mijn favoriete plekjes.
Maar het bleek lastiger dan ik dacht om en een boek en mezelf in beeld te krijgen terwijl ik ook nog met een hand de foto moest maken. Dus dat werd hem niet. En er is ook niet echt een fotograaf voorhanden die mij een handje kon helpen.

Om dan maar gewoon heel uitvoerig te omschrijven dat ik vooral lees in bed of bad, liggend in ieder geval is ook zo saai. Dus speel ik een beetje vals met een gestolen foto.


Maar zo ongeveer zit ik het liefst te lezen.

Blogpraat een terugblik

Sinds 26 juli 2010, heb ik nagezocht in oude agenda's, is #blogpraat niet meer weg te denken uit mijn leven. Alweer bijna 3 jaar geleden dus, een paar maanden nadat #blogpraat begon. Het werd al snel een moment in de week waar ik dingen om heen ging plannen. Eigenlijk moest ik helemaal niets hebben van dat Twitter. Ik snapte niet zo goed waarom het interessant was om de hele wereld te vertellen dat je op de wc zat, of wat je voor je ontbijt at. En dat was in mijn ogen toch vooral wat op Twitter gebeurde. Maar een vriend vond dat ik het een kans moest geven en dat het echt heel leuk was. Ik bleef wantrouwend, maar liet me overhalen.

Kort daarna had ik een blogcursus. Ik hield al een aantal jaar vrij fanatiek een blog bij (ik schreef minimaal 5 keer per week), dus echt nieuwe dingen leerde ik hier niet. Ik had een honger naar technische kennis, hoe schrijf ik met minder spelfouten. Hoe vind ik de stijl die mij past, wat is een juiste opbouw? Maar de creatieve kant van het bloggen werd meer benadrukt. Iets wat bij de andere deelnemers aangewakkerd diende te worden. De juf was zelf wel een groot twitter fan en vertelde over een interessant fenomeen op twitter, #blogpraat.

Twee weken later (want er zat een roze maandag tussen, en ik wil best nieuwe dingen leren kennen, maar tradities dienen ook in ere gehouden te worden) volgde ik #blogpraat op het puntje van mijn stoel. Wat een leuke verzameling mensen was dit. Eigenlijk had ik gedacht dat het een lastig iets zou zijn om bij te komen. Met vast heel veel professionele bloggers, die allemaal hele professionele meningen zouden hebben. Kortom een plek waar ik niet thuis hoorde. Want wat heb ik nu helemaal te melden. Ik doe maar wat. Gelukkig bleek dat 100% mee te vallen. En dat hele twitter werd er ook meteen een stuk leuker op.

Met enige regelmaat ben ik nu bij #blogpraat te vinden. En toen kwam die keer dat Elja afzegde, en zich afvroeg of iemand anders het misschien over wilde nemen. Ik had verwacht dat er zat mensen waren die dat op zich wilde nemen. Mensen met hele professionele meningen bij voorkeur. Maar de eerste mensen opperde dat we dan maar een weekje over moesten slaan. Dat kon natuurlijk niet. Dus melde ik mezelf aan als vrijwilliger. En dat heb ik geweten. Wat een zenuwslopend gebeuren is het om Elja te zijn. Ineens wilde ik geen tweet missen. Iedereen laten weten dat ik gelezen had wat ze schreven, en dat ze gewaardeerd werden. De juiste vragen op de juiste momenten deponeren en iedereen even veel aandacht geven. Ik ben nog nooit zo blij geweest dat blogpraat afgelopen was als die keer. (Hoewel het ook een hele leuke, leerzame ervaring was en ik het zo weer zou doen).

Vanaf dat moment steeg mijn respect voor Elja en de manier waarop ze ons iedere week zo liefdevol weet te leiden in onze gesprekken nog meer. Dus drie hoeraatjes voor Elja, op nog 3 jaar #blogpraat, vol met inspirerende mooie mensen, nieuwe ideeën, geweldige initiatieven en heel veel mooie blogs. 




dinsdag 12 februari 2013

Mike Kelley in het Stedelijk

Vaak durf ik niet zo goed over kunst te schrijven. Alsof het te groot is om te bevatten, alsof ik er geen mening over mag hebben. Of dat mijn mening te persoonlijk is en daarom niet telt. Ook nu voel ik die schroom. Maar ik voel ook een drang eens een keer wel een mening te vormen, en die te ventileren. Afgelopen weekend was ik in het stedelijk museum. Aangezien het Stedelijk 8 jaar in verbouwing is geweest en het pas sinds September 2012 weer heropende. Was ik best een beetje in een jubel stemming, dat ik dat stedelijk, waarover ik zoveel verhalen hoorde en las, nu eindelijk eens van binnen kon gaan bekijken. Bijkomend voordeel is dat de Gitarist op een steenworp afstand woont.

De standaard collectie vind ik niet bijzonderder dan die van het Boijmans van Beuningen waar ik zelf op een steenworp afstand vandaan woon. Ik kan niet helemaal bepalen of dat aan het sentiment ligt dat ik voor het Boijmans voel, of dat hun collectie echt interessanter is. Ik nijg naar het laatste.

In de wisselende tentoonstelling stond het werk van Mike Kelley centraal. In de folder valt te lezen dat dit tot op heden de grootste Mike Kelley tentoonstelling ooit is. Met ruim 200 van zijn werken. En ook dat hij ergens in 2012 tragisch om het leven is gekomen. Even googlen leert me dat dat betekend dat hij waarschijnlijk zelfmoord pleegde. Als ik foto's van de tentoonstelling op facebook zet reageerd een van mijn "friends": "Je weet dat het slecht voor je is, en toch blijf je kijken en wil je meer". Een ander vond het vooral "Kansloos".

En misschien is dat dus ook wel waarom ik hier toch een mening over wil hebben/over kwijt wil. Het is kunst die iets met je doet. Of het je nu laat walgen of dat het je eindeloos fascineert doet er niet zo toe, maar het laat je nier onberoerd. Er zijn installaties waar ik snel voorbij ben gelopen. Ik kijk nu eenmaal niet zo graag naar hoe iemand zijn eigen ogen uit zijn hoofd snijd. Als ik daarnaar kijk voel ik dat door mijn hele lichaam. Bij andere installaties bleef ik gefascineerd rond hangen. Maar bovenal bekroop mij een gevoel dat ik blij was dat deze meneer zich in de kunst heeft uit kunnen leven. De opengesneden knuffelbeesten, verkoolde reuzen Barbie en tot wandkleed verworden knuffeldieren leken me vooral het werk van een psychopaat in wording, of onderdrukking, het is maar hoe je het bekijkt. De gitarist vond dat de kunstenaar zelf niet de psychopaat was, maar dat hij door psychopaten opgevoed moest zijn waardoor hij zo'n erg jeugdtrauma had opgelopen dat er geen andere mogelijkheid meer was dan dit soort kunst maken. Ook dat is een mogelijkheid die ik niet uitsluit.

Verslavend is het wel, hoewel lang niet alles prettig is om naar te kijken geeft het je in ieder geval het gevoel dat je leeft. Je weet dat het slecht voor je is, maar toch wil je meer. Ik kan dan ook niet uitsluiten dat ik binnenkort nog een keertje terug ga, in mijn eentje, zodat ik overal zo lang kan blijven treuzelen, kijken en gruwelen als ik maar wil.

maandag 11 februari 2013

Midden in de wereld (inspiratie)

Gisteren zat ik in de trein van Amsterdam naar Rotterdam een beetje te dromen, denken, krabbelen en schrijven in mijn blogboekje. Een notitieboekje dat ik altijd bij me heb voor het geval ik ineens inspiratie krijg. Je weet immers maar nooit waar de inspiratie vandaan komt. En voor ik het wist zat ik gedachten op te schrijven over die inspiratie die maar niet te vangen is.

Eigenlijk was ik van plan dit voor mezelf te houden. De wereld hoeft heus niet alles te weten wat ik opschrijf in mijn blogboekje, sommige dingen worden nu eenmaal afgeschreven of zijn te privé. Maar nu blogpraat (een wekelijkse twitterchat over bloggen) ook over inspiratie gaat wil ik mijn gedachten van gisteren toch delen.

"Ik moet midden in de wereld staan om haar te kunnen beschrijven. Anders beschrijf ik hoe anderen de wereld zien, gelezen op facebook, twitter, een blog, of in een boek of een tijdschrift. Alleen als ik buiten kom, met mensen in contact ben, of ze observeer, me laat verwonderen, verbazen, kan ik verhalen schrijven die er toe doen.

Het dubbele hiervan is dat ik ook rust en ruimte nodig heb om te kunnen schrijven. Me moet kunnen terugtrekken en onttrekken aan die wereld waarin zoveel gebeurt. Want als ik altijd maar in interactie ben, helemaal op ga in de wereld, me laat overweldigen, overrompelen als het ware, waar haal ik dan de tijd nog vandaan om na te denken over die wereld, en ik moet nadenken voor ik over haar kan schrijven.

Dus bevind ik me in een eeuwige spagaat van geprikkeld raken terwijl ik prikkels probeer te ontwijken. De wereld observerend terwijl ik eigenlijk continu met haar in interactie wil zijn. "

Tot zover mijn gedachten over die inspiratie en waar die vandaan zou moeten komen. Mathilde Santing heeft er ook iets over te zingen. Luister hier en laat je inspireren.



Pijl en boog

We waren naar het park geweest, lekker ravotten, slepen met takken, hutten bouwen, takken in de sloot gooien en takken zoeken om dingen van te maken. Het meisje was de hele ochtend bezig geweest om een pijl en boog te maken. Ze had een touwtje gevonden, takken om pijlen van te maken, en niet te vergeten een goede tak om de boog van te maken.

Trots liet ze het resultaat aan haar vader zien. Die als enige reactie gaf "Als het geen dodelijk wapen in de handen van mijn zoon zou zijn, dan zou ik er een met hem gaan maken. Echt een super leuke activiteit voor een vader en zijn zoon".

Ik stond erbij, keek ernaar, en kon niet anders dan reageren. Misschien omdat ik net Brave had gezien. Misschien omdat ik ook een vader heb die bij gebrek aan een zoon dat soort dingen maar met de buurjongen ging doen, terwijl ik toch ook voorhanden was.

"Maar uw dochter heeft deze gemaakt, misschien is het ook een leuke activiteit om met haar te doen?", hoorde ik mijn eigen onvaste stem zeggen. "Ja", zei de vader, "maar ook met mijn zoon". En misschien ligt het aan mij dat ik hoorde, ja, maar vooral met mijn zoon.



zondag 10 februari 2013

50 books vraag 2

Welk boek krijg je maar niet uitgelezen, hoe vaak je er ook aan begint?

Films kan ik zo twee keer zien, muziek kan ik blijven horen totdat ik iedere adempauze uit mijn hoofd ken, maar met boeken is dat anders. Het lukt me niet om een boek van a tot z twee keer te lezen. Als ik voor een tweede keer aan een boek begin zit het vaak zo in mijn systeem dat ik bij de eerste paar bladzijde al denk, of ja, dan gebeurt er nu dit en dat en strakjes zus en zo. Op die manier vind ik er geen zier aan en leg ik het al snel weg om nieuwe dingen te lezen.

Dat ik een boek weg leg omdat ik er niet doorheen kom gebeurd ook maar zelden. De laatse keer herinner ik me nog goed. Het was niet eens mijn eigen idee, ik moest en zou het uitlezen, misschien dat de karakters tegen het einde van het boek toch nog sympathiek zouden worden. Maar mijn toenmalige lief, die het boek zelf wel had gelezen, snapte niet wat ik mezelf aandeed. Als het zo'n martelgang voor me was, en ik geen van de karakters sympathiek vond, sterker nog, ze me allemaal eigenlijk behoorlijk misselijk maakte, waarom wilde ik het dan perse uitlezen? Waar ben je nu ongeveer vroeg hij me. En ik vertelede hoe Lolita inmiddels samenwoonden en zwanger was en Umberto haar toch weer op kwam zoeken. Leg het toch weg Laura, het word echt niet beter, was de wijze raad van lief.

Een raad die ik opvolgde, ik heb het boek weggelegd, en word nog steeds misselijk als ik aan het verhaal dat ik vroegtijdig afgebroken heb terug denk. Soms vraag ik me af hoe het af loopt. Of ik het niet toch nog uit zou moeten lezen. Maar ik kan mezelf er niet toe zetten er opnieuw in te beginnen. Opnieuw die marttelgang door te moeten. Lolita zal dus een boek blijven dat half gelezen in mijn kast staat, tot er iemand langs komt die het graag mee wil nemen. Met de nieuwe 50 shades rage weet je het maar nooit.



Dingen die ik niet begrijp

Het is echt niet mijn bedoeling om ineens een maatschappij kritisch blog te hebben. Maar er zijn dingen die ik gewoon niet snap. En die maar in mijn hoofd blijven malen totdat ik ze op papier heb gezet (of nu ja in dit geval meer op mijn beeldscherm heb getoverd).

Bijvoorbeeld dat er universitair geschoolde vrouwen zijn die verliefd worden op een man die een mbo opleiding heeft afgerond. Oke, tot zover niets geks aan, liefde heeft nu eenmaal niet zoveel te maken met opleidingsniveau. En ook dat ze met zo'n man trouwen, een nestje bouwen en kindertjes krijgen snap ik allemaal nog wel.

Daarna word het voor mij allemaal wat lastiger te begrijpen. Ik snap gewoon echt niet waarom zo'n vrouw er dan voor kiest om thuis te blijven en huisvrouw te worden. Ten eerste lijkt het me weinig bevredigend om na een goede studie thuis te gaan zitten. Maar dat kan liggen aan mijn afkeer van huishoudelijk werk. Als ik het uit kon laten besteden zou ik dat per direct doen. Het is mijn talent gewoon niet. Buiten dat lijkt het me dat het je wereldje behoorlijk klein maakt als je van studerend of werkend ineens word teruggeworpen op de muren die je huisomringen. Maar miscchien vergis ik me hierin en halen deze vrouwen voldoening uit nevenfuncties rondom hun kinderen. Op scholen en vereningingen kunnen ze altijd wel wat helpende handjes gebruiken immers.

Dan blijft de financiele kwestie nog over, want natuurlijk ben ik me ervan bewust dat vrouwen minder verdienen dan mannen, maar die kloof kan toch niet zo groot zijn dat een universitair geschoolde vrouw minder verdiend dan een mbo opgeleide man? Waarom komt die zorgtaak nog zo vaak zo vanzelfsprekend bij vrouwen terecht? Is het echt een keus die vrouwen maken? Doen we het uit gewoonte? Of vinden we het gewoon wel lekker om een beetje te tutten met de kinderen zonder dat er al te hoge verwachtingen aan ons gesteld worden?

vrijdag 8 februari 2013

Dik tevreden

Ik hoor steeds meer geluiden van vrouwen die klaar zijn met dieeeten. Jaren lang hebben ze zich laten indoctrineren door een onrealistisch beeld van graatmagere modellen, die een slablaadje per week eten. En dat zijn ze zat. Die skinny bitches moeten plaats maken voor een maatje meer.

Ik ben blij voor ze dat ze hun zelfvertrouwen hebben hervonden en dat ze tevreden zijn met hun zelfbeeld. Maar waarom dat zo onrespectvol moet gebeuren? Hoezo skinny bitches? Alsof ik er iets aan kan doen dat ik een maatje nul heb (een term die iedereen met een maatje 34/36 anorexia probeert aan te praten).
Als jij er voor kiest dik te zijn, prima. Moet je helemaal zelf weten. Gezond lijkt me anders, maar ook dat is aan jou.

Maar hou alsjeblieft op met dat zelfmedelijden. Ik ben niet degene die heeft verzonnen dat graatmager jaren lang het credo is geweest. Met als enige gevolg dat er meer overgewicht is dan ooit te voren overigens. Want we zijn met zijn allen flink te dik, dat weten deze dames met een maatje meer ook heus wel. Dat hoef ik ze niet te vertellen. En dat doe ik dan dus ook niet.

Maar als ik nog een keer voor skinny bitch word uitgemaakt, direct of indirect kan die persoon een kookboek over gezonde voeding cadeau krijgen. Modder vet en anorexia dun zijn twee uiterste die allebei niet gezond zijn. Gelukkig vallen de meeste van ons daar tussen. We hoeven niet allemaal in een maatje 36 te passen, maar het mag wel! Niet ieder mager meisje is een bitch, en niet ieder dikketje is altijd gezellig en vrolijk. Laten we elkaar gewoon in onze waarde laten, dan zijn we allemaal dik tevreden!

vrijdag 1 februari 2013

Serieus?

De Gesprekspartner vraagt of ik mee ga een bank kopen. Kennelijk heb ik een mening die op prijs gesteld word. Hij heeft een stoere mannen bank op het oog, maar hij twijfelt of deze niet te groot is voor zijn woonkamer. Aangezien hij voor de rest nogal minimalistisch is ingericht, lijkt dat me geen probleem. Zijn huis kan wel een eye-catcher gebruiken.

Dit is hem, wijst hij de bank aan. Even ben ik heel erg dankbaar dat het uit is. De bank past bij zijn vrijgezellenleven. Kwa kleur en vorm is hij niet te standaard, maar toch veilig. Het tegenovergestelde van wat ik zelf zou kopen. Wat vind je ervan, vraagt hij. Mooi, antwoord ik naar waarheid. Misschien is hij er nog in een andere kleur. Ik dacht aan groen zegt hij. Meteen word ik enthousiaster. Groen zou een goede kleur zijn.

De bank is er niet meer in groen. Toch neemt hij hem. De aanschaf is zo afgehandeld omdat hij gisteren al voorwerk heeft gedaan.

Wil je een vogelkooi zien die zo groot is dat jij er met gemak in zou passen, vraagt hij. Ik knik, dat wil ik wel. Dus lopen we even later in een veel te dure winkel, waar alles groots en art nouveau is. We discussieren over der verschillen en overeenkomsten tussen art nouveau en art deco als een verkoper zich in het gesprek komt mengen. Enthousiast verteld hij dat  art nouveau hetzelfde is als jugendstil, met veel krullen en een zweepslag erin waar art deco rechtlijniger en strakker is. Zijn gebaren worden met ieder woord grootser.

Ik kan me helemaal voorstellen waarom hij hier werkt, omringt door zoveel art nouveau als ik merk dat hij in mij een potentiële klant ziet om een bibliotheek aan te slijten. Of een dekenkist die als salontafel functioneert. En hoewel ik  best een fan ben van art nouveau ben ik daar toch echt te klein voor behuisd. Bovendien zou ik geen van deze meubels ooit kunnen betalen. Maar deze meneer denkt van wel! En ik moet zeggen, dat voelt best goed.

Nog geen jaar geleden wilde ik een leuk setje van Marlies Dekkers kopen in de lingeriezaak om de hoek. Ik had zin om flink wat geld uit te geven. De verkoopster was op me afgelopen en wees me op de aanbiedingen van Saph. Diep beledigd ben ik weggegaan om nooit meer terug te komen. Als je me niet serieus neemt, mijn geld niet wilt hebben, dan geef ik het wel elders uit. Bij voorkeur ergens waar ik niet als een kind behandeld word.

Hoe anders is dat nu? Voor het eerst van mijn leven word ik in een winkel niet als dat meisje gezien. Maar als een vrouw, die best een bibliotheek met een groot bureau en imposante stoel zou kunnen bezitten. Heel even droom ik weg bij die gedachten.